Een oorbel en piercing verschillen in de manier waarop en waar ze worden ‘gepiercet’. De essentiële verschillen tussen deze twee populaire sieraden worden hieronder beschreven, dus lees snel verder.
Geschiedenis van de oorbel
De geschiedenis van de oorbel gaat terug tot ver voor onze jaartelling, waarbij oorbellen werden gedragen als een van de oudste vormen van persoonlijke versiering. In die tijd werden verschillende methoden gebruikt om oorbellen te plaatsen, van hete naalden door de oorlel in een kurk duwen tot het gebruik van veiligheidsspelden. Tegenwoordig gaat dit gelukkig heel anders!
Het laten zetten van een oorbel
Juweliers en boutiques bieden vaak de mogelijkheid om oorbellen te plaatsen met behulp van een speciaal schietpistool dat het sieraad door het oorlelweefsel duwt. Maar voor piercings op kraakbeenrijke plekken, zoals de helix of tragus, is het raadzaam om een erkende piercer te bezoeken. Deze gebruiken meestal een superscherpe piercingnaald, wat zorgt voor een snellere en mooiere genezing van de wond.
Lees ook: Hoe verzorg je je oren na het schieten van gaatjes?
Is een oorbel dan niet gewoon hetzelfde als een piercing?
In feite is een oorbel ook een type piercing, maar er is één belangrijk verschil. Oorbellen zijn over het algemeen dunner dan de meeste standaard piercingsieraden. Terwijl een oorbel vaak een dikte heeft van 0,8 mm of 1 mm, beginnen piercings meestal vanaf 1,2 mm of 1,6 mm.
Voor de genezing van een oorbelgaatje maakt de dikte niet veel uit, maar voor kraakbeenpiercings is de kwaliteit van het sieraad en de dikte belangrijker. Kwalitatieve piercing barbells met een dikte van 1,2 mm worden aanbevolen voor kraakbeenpiercings om mogelijke irritatie te voorkomen en een vlottere genezing te bevorderen.
Welke type piercings zijn er allemaal?
Lobe en upper lobe piercing
Deze ken je vast! De klassieke piercing in de oorlel (‘gaatje’) en eventueel nog eentje erboven (’tweede gaatje’). Deze piercing kenmerkt zich doordat hij niet door kraakbeen heen gaat en daardoor niet per se gepiercet, maar ook geschoten kan worden.
De lobe en upper lobe piercings zijn de minst pijnlijke van alle oorpiercings. Hij wordt door de dikkere huid van het oor zonder kraakbeen gepiercet, wat hem bijna pijnloos maakt. Daarbij is het genezingsproces van deze piercing hartstikke makkelijk en snel. Een goede piercing dus om mee te beginnen!
Lees ook: Een tweede gaatje schieten; antwoord op al je vragen
Helix piercing
De helix is (naast de lobe en upper lobe) toch wel de meest populaire en klassieke piercing. Het gaatje wordt gepiercet in de buitenste, dunste plooi van de oorschelp, door het kraakbeen. Het is een veelzijdige piercing, waarmee je veel verschillende sieraden kunt dragen. Ook is het mogelijk om meerdere helix piercings onder elkaar te plaatsen.
Forward helix percing
De naam van deze piercing zegt het eigenlijk al: dit is het zusje van de helix, maar dan aan de voorkant van het oor, naast de rook en net boven de daith en tragus (zie hieronder). Ook bij deze piercing geldt dat je er meerdere van kwijt kunt – afhankelijk van je oor.
Rook piercing
De rook piercing zie je steeds vaker en wordt geplaatst in het bovenste stukje kraakbeen (anti-tragus) van je oor. Eerlijk is eerlijk: het plaatsen ervan is geen pretje omdat hij tweemaal door kraakbeen moet, maar als hij eenmaal zit heb je echt een bijzondere ear candy te pakken.
Flat piercing
Je ziet ‘m niet heel vaak: de flat oorpiercing. Hij wordt in het midden van het platte gedeelte van de oorschelp gepiercet. Hierdoor kun je er verschillende kanten mee op. Draag hem bijvoorbeeld minimalistisch met verder weinig andere piercings, of maak er juist een feestje van door hem te combineren met verschillende andere sieraden. It’s up to you.
Daith piercing
De daith piercing is niet te verwarren met de forward helix: de daith zit een stukje lager, zo ongeveer naast de tragus. Van deze piercing wordt ook wel gezegd dat hij zou helpen tegen migraines, hoewel dit niet wetenschappelijk onderbouwd is. Mooi met een (wat groter) ringetje als statement piercing of juist minimalistisch met een dun ringetje of knopje.
Conch piercing
De conch piercing bevindt zich aan de binnenkant van de oorschelp. Het is een bijzondere plaatsing en je kunt er enorm veel kanten mee op. Veel mensen kiezen bij deze piercing voor een ringetje om de oorschelp heen, maar je kunt ook gaan voor een piercing met een parel of versiering.
Tragus piercing
De tragus piercing is een van de meest populaire oorpiercings. De tragus bevindt zich in het midden van het oor, het is het kleine stukje kraakbeen over de ingang van de gehooringang. De anti-tragus zit precies daar tegenover, boven het kleine stukje wat dikker kraakbeen dat de oorlel van de rest van de oorschelp scheidt. Hoewel het een klein plekje is moet je er toch rekening mee houden dat je door kraakbeen laat piercen als je voor deze variant kiest.
Snug piercing
De snug piercing is als je het ons vraagt een van de meest toffe oorpiercings die er zijn. Hij wordt horizontaal door het harde, bolvormige gedeelte van de oorschelp gepiercet. Je ziet ‘m niet vaak, dus origineel ben je met deze piercing zeker!
Kun je piercingsieraden dragen in standaard oorbelgaatjes?
Dit kan! Piercings zijn gemaakt van een dikker materiaal en daarom kun je ze in dunnere gaatjes dragen. Let wel op dat je een geschikte maat kiest, want als je een oorbelgaatje hebt van 0,8 mm en er een piercing in doet van de dubbele grootte kan het zijn dat de piercing niet fijn zit of zelfs kwijtraakt.
Note: wij focussen ons met SRDN vooral op de ‘standaard’ oorbellen en niet op piercings voor in je kraakbeen. Mocht je op zoek zijn naar specifieke piercings voor plekken zoals de helix of tragus dan raden we je aan om een piercingshop te bezoeken. Zij kunnen je het beste adviseren en hebben een ruim assortiment van piercings voor je eerste kraakbeen-gaatjes. Niet ieder oor is hetzelfde, dus let goed op wat bij je past en laat je goed informeren.
Voor de mooiste oorlel-oorbellen, ear cuffs, earthreads, studs en andere oorbellen kun je in deze blog en andere blogs de meest prachtige sieraden vinden van Nederlandse merken.